Jagen en vissen hebben veel gemeen met elkaar. Feitelijk komt het op het zelfde neer, je probeert een dier te bemachtigen met als doel deze op te eten. Althans zo was het door de eeuwen heen.
De visser
Onze voorouders deden niet aan vissen voor de lol. Wat je ving was voor de maaltijd, er was weinig eten en vaak was vissen een welkome aanvulling op het dieet.
Vlees en vis waren (zijn) erg duur en werden daarom maar in kleine hoeveelheden gekocht. Groentes werden waar mogelijk zelf verbouwd en waren veel goedkoper. Mijn opa ging elke zaterdagochtend vissen met een deeg gemaakt van kliekjes van de hele week. Alles wat hij ving werd thuisgebracht in een grote trommel. Oma maakte dit schoon en verdeelde dit in porties over de week. Dit zorgde voor de broodnodige eiwitten. Vlees werd er maar zelden gegeten aan boord van het schip.
Nu steeds meer mensen zich interesseren in “oogsten uit de natuur” wil ik graag dat stukje ambacht in leven houden met een “Catch and Cook” dag.
De jager
Jagen deed men vroeger niet voor de lol. De jacht was noodzakelijk om aan voldoende eten te komen, anders ging men dood. Zeker in de winter. Dat is allang niet meer zo, gelukkig maar. Echter is ook vandaag de dag de jacht nog een belangrijk onderdeel van de voedselvoorziening en veiligheid.
Goed wildstand beheer zorgt er voor dat er minder ongelukken gebeuren op wegen die langs natuurgebieden lopen. Lees meer over De Jager en zijn geschiedenis.
Ook is er een trend waar te nemen dat steeds meer mensen graag een goed stukje vlees uit de natuur eten. Opgegroeid in de vrije natuur heeft het dier nooit in een hokje geleefd staat garant voor een stukje vlees vrij van antibiotica, groeihormonen en wat al niet meer. Dat vinden steeds meer mensen een fijne gedachte.
Op scholen kom ik graag uitleg geven over de jacht en vissen.
“Echt eten komt uit de natuur, niet uit een plastic verpakking”